Menu
 

Topic:

wat is diafragma?

Inky69  schreef op: 18-06-2012 14:31:28
Ik heb een mooi camera ( eindelijk) gekocht. Nu kan ik de sluitertijd en diafragma zelf ook instellen. Ik weet wat de sluitertijd is en waarvoor ik em nodig heb, maar wat is een diafragma en waarvoor heb ik die nodig??
 
Quote
Navigatie
RE: wat is diafragma?
Angelique  schreef op: 18-06-2012 14:33:58
diafragma is een gaatje in de lens die net als een lens in je oog werkt
als het heel licht buiten is is jou pupil klein omdat je niet vele licht nodig hebt
als het donker is dan is je pupil erg groot zodat er meer licht binnen komt zo werkt diafragma ook
het is dus de hoeveelheid licht die je toelaat
 
Quote
RE: wat is diafragma?
Angelique  schreef op: 18-06-2012 14:38:10
heb wel intresant stukje voor je



Sluitertijd en diafragma uitgelegd


Het zijn de twee belangrijkste basisbegrippen in de fotografie, maar veel beginnende fotografen hebben veel moeite om er goed en creatief mee om te gaan: sluitertijd en diafragma.

In dit artikel zullen al deze begrippen worden uitgelegd en verklaard, als ook de termen: ISO, bokeh en scherptediepte. Zo lees je hier ook hoe je de sluitertijd en diafragma op een creatieve manier kunt gebruiken en naar je hand kunt zetten.

Het diafragma

Diafragma en diafragmagetal

Het begrip diafragma is het best uit te leggen door de vergelijking te maken met de pupil van een oog: als je vanuit een donkere ruimte direct het volle zonlicht inloopt, dan knijp of knipper je altijd eerst even met je ogen. Je pupillen zijn in het donker namelijk helemaal open en het duurt eventjes voordat ze zich helemaal aangepast hebben aan het felle licht en verkleint zijn.

Ons oog regelt de hoeveelheid lichttoevoer dus met de pupil. Fotocamera’s doen dit door middel van een diafragma opening: een gaatje ergens in de lens, dat wijder en smaller kan worden. Hoe wijder het gaatje, hoe meer licht er op de film of de sensor valt. Een diafragma in een lens is opgebouwd uit een aantal lamellen (doorgaan 6 tot 9). Hierdoor is de diafragma opening ook niet helemaal rond. De lamellen kunnen dichter naar elkaar toe en verder van elkaar af, waardoor de grootte van de opening bepaald wordt.

De grootte van de opening wordt aangeduid met het zogenaamde diafragmagetal, of: F-getal. Dit is in wezen afgeleid van de oppervlakte die de diafragma opening heeft. De reeks is als volgt:

1.4 – 2 – 2.8 – 4 – 5.6 – 8 – 11 – 16 – 22 – 32.

Dit zijn de zogenaamde ’stops’, waar ik later nog op terug zal komen. De reeks loopt logaritmisch op, en gaat van grote opening (laag getal) naar een kleine opening (hoog getal). In tegenstelling tot wat je zou verwachten, is 32 dus de kleinste en 1.4 de grootste opening.

Het diafragmagetal kan ook nog andere, tussenliggende, waardes aannemen, maar dat is hier niet van belang. Het getal is terug te vinden in het display van de camera.

Diafragma, scherptediepte en bokeh

De diafragma opening bepaalt niet alleen de hoeveelheid licht die naar de film of sensor wordt geleid, maar ook de scherptediepte. De scherptediepte is de afstand waarbinnen onderdelen van de foto scherp worden weergegeven. Hoe kleiner de opening, hoe hoger deze scherptediepte. Een diafragma opening van 2.8 heeft dus een veel kleinere scherptediepte dan een opening van bijvoorbeeld 11.

Zoals ik hiervoor al schreef, bestaat een diafragma uit meerdere lamellen. Afhankelijk van het aantal lamellen is de opening ronder (veel lamellen) of hoekiger (weinig lamellen). Dit is een van de variabelen die bepalen of een lens een mooi bokeh heeft. Bokeh staat voor de ‘vorm’ die de onscherpte in een foto heeft. Dit is vaak goed terug te zien in onscherpe lichtpunten of glinsteringen op bijvoorbeeld water. Je ziet dan rond of wat hoekigere vormen. Denk maar eens aan een foto waarin kerstlichtjes onscherp te zien zijn. De vorm die je te zien krijgt is de vorm van de diafragma opening. Rondere diafragma openingen geven doorgaans een mooiere en egalere onscherpte dan de hoekigere. Veel goedkopere lenzen hebben dan ook minder lamellen dan hun dure tegenhangers. Het bokeh wordt door nog wel meer variabelen in een lens bepaald (zoals de kwaliteit van het glas), maar het diafragma drukt hier wel de grootste stempel op.

Kortom: het diafragma…
■…bevindt zich in de lens.
■…heeft een bepaalde openingsgrootte die gemeten wordt met het F-getal.
■…bestaat uit meerdere lamellen en is dus niet helemaal rond.
■…wordt in doorsnee kleiner als het F-getal toeneemt.
■…bepaalt de scherptediepte van een foto.
■…bepaalt grotendeels het bokeh van een lens.

De sluitertijd

Bij de meeste camera’s bevindt het diafragma zich in de lens en de sluiter in de camerabody. De sluiter is een gordijn van lamellen dat voor de sensor of film hangt en zo het licht tegenhoudt. Bij het indrukken van de ontspanknop beweegt de sluiter zodanig dat deze op elk punt evenlang open is en de film of sensor een bepaalde tijd belicht wordt. Zo kan de hoeveelheid licht die de sensor of film bereikt worden beheerst.

De tijdsduur waarmee het licht wordt binnengelaten is variabel. Dat kan heel kort zijn, bijvoorbeeld 1/1000e seconde, maar het kan ook enkele secondes of langer zijn. Die tijdsduur heet de sluitertijd. Het geeft dus de tijd aan dat de sluiter open staat.

Zetten we de verschillende tijden achter elkaar, dan hebben we de sluitertijden-reeks:

… 4s – 2s – 1 – 1/2 – 1/4 – 1/8 – 1/15 – 1/30 – 1/60 – 1/125 – 1/250 – 1/500 – 1/1000 – 1/2000 – 1/4000 – …

Ook hier zijn er weer verschillende tussenwaardes mogelijk.

De ’stop’

De overgang van één van de genoemde sluitertijden naar een ernaast genoemde sluitertijd heet een ’stop’. Datzelfde geldt voor de genoemde diafragma getallen. De stop is dan ook de eenheid waarin in de fotografie gewerkt wordt. Men spreekt over verschillen van bijvoorbeeld 1 of anderhalve stop.

Een stop verder open betekent van bijvoorbeeld F/8 naar F/5.6. Die F/ aanduiding staat voor het diafragma. Een stop korter belichten betekent bijvoorbeeld van 1/60e seconde naar 1/125e seconde. De tijd wordt dan dus gehalveerd. Een stop betekent dus altijd een verdubbeling of een halvering, van tijd of van licht.

Licht meten en het ISO getal

Belichten: de combinatie van sluitertijd en diafragma

De film of sensor die in de camera zit moet worden belicht. Dat gebeurt door een combinatie van sluitertijd en diafragma. De combinatie die gebruikt moet worden hangt af van de lichtomstandigheden, de (film-)gevoeligheid (ISO) die gebruikt wordt en wat we willen bereiken op de foto.

Er kunnen in dit kader twee fouten gemaakt worden: teveel licht op de film of sensor (overbelichting) of te weinig licht (onderbelichting).

Licht meten gebeurt doorgaans met behulp van een belichtingsmeter, welke bij de meeste camera’s zit ingebouwd. De belichtingsmeter, en dus de camera, moet eerst worden ingesteld op de juiste (film-)gevoeligheid, de ISO stand. In het analoge tijdperk sprak men over filmgevoeligheid en dit is overgeheveld naar de digitale camera in de vorm van sensor gevoeligheid. De filmgevoeligheid wordt aangeduid met een ISO (vroeger was dit ASA of DIN) getal. Laag gevoelig is bv 50 ISO, dat noemen we een langzame film. Hoog gevoelig is bijvoorbeeld 800 ISO, wat een snelle film wordt genoemd. Ook digitale camera’s kennen deze gevoeligheid. De ISO schaal verloopt als volgt:

… – 50 – 100 – 200 – 400 – 800 – 1600 – 3200 – …
Ook hier is elke stap weer gelijk aan één stop en zijn er tussenliggende waardes mogelijk. Filmcamera’s herkennen vaak de ISO waarde die een filmrolletje heeft en stellen deze automatisch in. Wil je een andere ISO waarde, dan zul je dus je rolletje moeten vervangen. In digitale camera’s kan je op elk gewenst moment de ISO waarde veranderen.

Wat is nu het nut van de verschillende ISO waardes van films en digitale camera’s? Simpel gezegd maakt een hogere ISO waarde de film of sensor gevoeliger voor licht. Er is dus minder licht nodig om een tafereel vast te leggen.

Een voorbeeld:

Waar een foto op een film of sensor van 100 ISO goed belicht is met 1/60e seconde en f/5.6, is deze bij 200 ISO al goed belicht bij 1/125e seconde en f/5.6 (of 1/60e seconde en f/8).

Kortom: een hogere ISO stand of film kan gebruikt worden om kortere sluitertijden te realiseren, of om een kleinere diafragma opening te gebruiken (of beide natuurlijk).

Maar bij deze voordelen komen ook enkele nadelen. Zo betekent een hogere ISO waarde automatisch meer ruis (in ‘t geval van een digitale camera) of een korreliger beeld (bij gebruik van film). De scherpte en het detail van de foto gaan er dus op achteruit. In sommige gevallen wordt dit effect ook juist als doel gebruikt, om bijvoorbeeld een bepaalde sfeer te creëren.

De kunst van het licht meten

Fotograferen is niets meer dan het vastleggen van licht. De hoeveelheid licht die op de film of sensor terecht komt bepaald voor een groot gedeelte de kracht van de foto. Een overbelichte of onderbelichte foto is zelden een succes. Om de juiste belichting te bewerkstelligen zal je het aanwezige licht moeten meten, om vervolgens de juiste sluitertijd en diafragma te kiezen.

Licht meten doe je in normaal gesproken altijd op je onderwerp, dat is immers het belangrijkste deel binnen het beeld. Is alles in het beeld even belangrijk, dan is het zaak er voor te zorgen dat het verschil tussen het lichtste deel en het donkerste deel niet zo groot is, dat het niet meer op je film of sensor terecht komt. Die beperking van het materiaal waar je mee werkt heet de contrast-omvang. Elke film en sensor kan maar een bepaald contrast weergeven. Daarbuiten is het of helemaal zwart, of helemaal wit.

Meer informatie over de beste manier van meten volgt in een later artikel. Nu concentreren we ons eerst nog op de sluitertijden en diafragma instellingen.

Als we het licht gemeten hebben, dan hebben we een eerste uitgangsinstelling; een combinatie van sluitertijd en diafragma. Als voorbeeld ga ik even uit van de combinatie 1/125e seconde en diafragma f/5.6.

Nu is het van belang om te bepalen wat je met de foto wilt bereiken. Wil je een bewegend onderwerp scherp vastleggen, of wil je veel scherptediepte in een foto waar niets beweegt.

In het eerste geval is een korte sluitertijd het belangrijkste. Je zou de sluitertijd dan kunnen verkorten, door het diafragma evenredig veel open te stellen. Bijvoorbeeld 1/250e seconde met f/4.

Om meer scherptediepte te verkrijgen doe je precies het omgekeerde. Je kan dan bijvoorbeeld 1/60e seconde combineren met een diafragma van f/8.

Dit is dus een trucje dat je onder de knie moet zien te krijgen. Het juist inschatten van de beste sluitertijden en diafragma’s komt met de tijd. Je zal merken dat je deze berekening steeds sneller kan maken.

Sluitertijd als prioriteit

Sluitertijd heeft eigenlijk alles met beweging te maken: hoe langer de sluiter open blijft, hoe meer onderdelen van de foto bewogen kunnen zijn. Aan de ene kant kan dit gebeuren doordat de onderwerpen op de foto zelf bewegen, en aan de andere kant doordat de camera bewogen wordt.

Als je niet bewegende onderwerpen scherp vast wilt leggen terwijl je de camera in de hand houdt, dan zal je een sluitertijd moeten hebben die ervoor zorgt dat het beeld niet teveel bewogen is. De stelregel is hier: een seconde gedeeld door de focale lengte van de lens, of korter. Gebruik je een 50mm lens, dan levert dit dus 1/50e seconde of korter op. Hier moet je met je sluitertijd dus rekening mee houden.

Een andere rede om een bepaalde sluitertijd te kiezen kan het bewegen van een onderwerp zijn: of je wilt een bewegend onderwerp ‘bevroren’ vastleggen, of je wilt juist het tegenovergestelde; beweging op de foto. Afhankelijk van de beweging zal je dan een geschikte sluitertijd moeten kiezen. Dit vereist uiteraard de nodige oefening.

Diafragma als prioriteit

Zoals eerder gemeld bepaald de opening van het diafragma de scherptediepte en de mate van onscherpte van de voorgrond of achtergrond. Als je zowel de voorgrond als de achtergrond gestoken scherp wilt hebben (zoals in landschapsfotografie), dan moet je dus een kleine diafragma opening (groot getal) aanhouden.

Het omgekeerde kan ook het geval zijn: je wilt een onderwerp isoleren uit de omgeving, door de voor- en/of achtergrond onscherp te maken. Je hebt dan een grote diafragma opening (klein getal) nodig.

Daarnaast heb je natuurlijk altijd nog de beperking van de lens. Deze kan maar tot een bepaalde waarde geopend worden. Een 24-70mm f/2.8 kan een maximale opening van f/2.8 aanhouden, terwijl een 70-200 f/4 een maximale opening van f/4 heeft.

ISO waarde als hulpmiddel

Het kiezen van sluitertijden en diafragma openingen is vaak ook het sluiten van compromissen, zeker als je een kleine diafragma opening wilt combineren met een korte slutiertijd. Het verhogen (of verlagen) van de ISO stand (of het vervangen van de film, als je een analoge camera gebruikt) kan dan uitkomst bieden. Daar komt dan mogelijkerwijs wel weer een nieuw compromis bij: ruis.

Conclusie

Al deze instellingen en de toepassing hiervan vergen de nodige ervaring. De enige manier om dit goed onder controle te krijgen is het in de praktijk te oefenen. Vooral veel fotograferen dus.

Twee belangrijke ‘regels’:
■In geval van beweging; als het stil moet staan of juist moet bewegen: denk dan eerst aan de sluitertijd.
■In geval van scherpte; als er nu veel scherptediepte moet zijn, of weinig: denk eerst aan het diafragma.


 
Quote
RE: wat is diafragma?
Inky69  schreef op: 18-06-2012 14:45:21
Pfff, Angelique wat een lap tekst

Maar ik heb er zeker wat aan....ga zo even oefenen met sluitertijd en diafragma......

Thanks!!
 
Quote
RE: wat is diafragma?
Minou  schreef op: 18-06-2012 14:47:24

Quote SismvNick:
Stukje?



ik dacht precies hetzelfde, hihi!!

er kwam geen end aan!
 
Quote
RE: wat is diafragma?
Angelique  schreef op: 18-06-2012 14:50:36
tja was ietsje meer al ik inschatte leek op de site kort
maaaaar ik vind wel nuttig stukje tekst
 
Quote
RE: wat is diafragma?
Minou  schreef op: 18-06-2012 14:51:56
 
Quote
RE: wat is diafragma?
Mamaloes  schreef op: 18-06-2012 15:05:04
Even in Jip en Janneke taal: Hoe hoger het getal achter de F, hoe donkerder de foto .
Zo kun je bijv. 's avonds een foto maken zonder flits. Diafragma zo laag mogelijk, sluitertijd rond de 1/60 en ISO wat hoger... Probeer maar eens vanavond!
 
Quote
RE: wat is diafragma?
Nala  schreef op: 18-06-2012 15:39:04
Toevallig gisteren met mijn man over gehad (hobby natuurfotografie) wat nou de beste stand is om te oefenen

Wij hebben een nikon en hij gaf aan dat ik het mooiste schiet op diafragma f 5.6. (scherptediepte)met een zo laag mogelijke iso (100 of 200) is de ruis en een zo snel mogelijke sluitertijd.
Dit geldt dan in de a stand en bij voldoende licht voor rondrennende kids
Vind fotografie heel leuk maar wist niet dat ik met zoveel dingen rekening moest houden haha.

Heel veel plezier met de camera
 
Quote
RE: wat is diafragma?
Inky69  schreef op: 18-06-2012 15:51:25
Oke, als ik de achtergrond wazig wil hebben en het onderwerp scherp, moet ik een laag diafragma hebben, toch?
Maar als ik dat instel, dan krijg ik het onderwerp scherp maar de omgeving ook.

Of zou dat niet kunnen met mijn toestel?
 
Quote
RE: wat is diafragma?
Mitch  schreef op: 18-06-2012 16:21:02
Dat ligt aan de afstand van je onderwerp tot de achtergrond.
Een hoog diafragma is een laag getal, dus als jij op 1.8 gaat zitten heb je minder scherp dan wanneer je 22 neemt.
 
Quote
Navigatie


Reageren op wat is diafragma?
Naam
Bericht